Bij KB van 19 juli 2019 werd de ontbinding van de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden reeds voorzien en op 21 augustus 2019 was het definitief zover: de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden is niet meer.
Wat was de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden (HVKZ)?
De Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden of de HVKZ was een openbare instelling van sociale zekerheid en werd al in 1844 opgericht. De instelling moest onder andere de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering voor de zeelieden regelen. Ook de Pool van de Zeelieder ter Koopvaardij was in de HVKZ geïntegreerd.
In de praktijk liepen de basisactiviteiten van de HVKZ parallel met die van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) en de Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (HZIV). Op 1 januari 2018 waren de taken van de HVKZ dan ook al overgedragen aan de RSZ en de HZIV. Hiernaast werden een aantal nieuwe inningstaken toegewezen en werd het personeel overgedragen.
Wat zal de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) nu doen?
De RSZ heeft volgende taken van de HVKZ overgenomen:
- Het innen en verdelen van de bijdragen inzake sociale zekerheid voor de sector van de koopvaardij;
- Het beheer van het individueel kapitalisatiestelsel voor zeelieden ter koopvaardij.
Binnen het RSZ werd ook een speciaal Beheerscomité opgericht dat een aantal speciale bevoegdheden van het beheerscomité van de HVKZ heeft overgenomen.
Wat zal de Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (HZIV) nu doen?
Ook de HZIV heeft een aantal taken van de HVKZ overgenomen:
- Het beheer van de ziekte- en invaliditeitsverzekering voor zeelieden ter koopvaardij;
- De uitbetaling van de voordelen van de sociale dienst voor zeelieden;
- De toekenning en de uitbetaling van de oorlogsvaartvergoeding aan de zeelieden.
Die oorlogsvaartvergoeding is een speciale vergoeding die wordt toegekend voor de vaart in oorlogstijd. De vergoeding wordt toegekend voor iedere maand inschrijving op de monsterrol onder de Belgische of geallieerde koopvaardijvlag tussen 1 april 1915 en 11 november 1918 of tussen 10 mei 1940 en 15 augustus 1945. De aanvullende vergoeding moet bij de HZIV worden aangevraagd.