In de persStraf

Werk- of probatiestraf bij racisme: rechter kan invulling straf beïnvloeden

Met de recente verkiezingsuitslagen is ‘racisme’ opnieuw een zwaar beladen term die sommigen maar al te graag van de daken schreeuwen. Maar ook rechters komen al eens oog in oog te staan met zogenoemde racisten. Zij kunnen bij een veroordeling omwille van racisme ook opteren voor een werkstraf of een autonome probatiestraf. Dat heeft meer nut dan een voorwaardelijke straf, oordeelt men. En zij zullen in hun vonnis ook aanwijzingen kunnen geven met betrekking tot de invulling daarvan. Zo zouden veroordeelden minder snel hervallen.

Waarover gaat het?

Een werkstraf is een taakstraf waarbij de veroordeelde een bepaalde activiteit ten bate van de samenleving moet uitvoeren en dit in diens vrije tijd. De werkstraf kan 20 tot 300 uren bedragen. Het gaat steeds samen een vervangende straf zo de veroordeelde de werkstraf niet uitvoert. De werkstraf kan ingevuld worden bij de provincies, de gemeenten, de Gemeenschappen, de Gewesten, de Staat, vzw’s en bij stichtingen met een cultureel, wetenschappelijk of sociaal oogmerk. Denk bijvoorbeeld aan groendiensten, bibliotheken of bejaardentehuizen. Een justitieassistente zal de veroordeelde opvolgen en begeleiden.

Een autonome probatiestraf bestaat dan weer uit een set voorwaarden waaraan de veroordeelde zich, binnen een vastgelegde periode van minimaal zes en maximaal vierentwintig maanden, moet houden. Ook hier spreekt de rechter een vervangende straf uit. Een probatiecommissie zal dan toezicht houden. Het volgen van therapie is een vaak opgelegde probatievoorwaarde.

Rechter kan aanwijzingen geven in vonnis

De wet van 5 mei 2019 houdende wijziging van het Strafwetboek, teneinde meer in te zetten op alternatieve maatregelen bij de beteugeling van door racisme of xenofobie ingegeven delinquentie, en in verband met discriminatie herhaling doeltreffender tegen te gaan, zoals verschenen in het Belgisch Staatsblad van 28 mei 2019, geeft aan dat de rechter in zijn vonnis aanwijzingen kan geven over de invulling van die straf.

De aanwijzingen hebben tot doel de straf zo dicht mogelijk aan te laten sluiten bij de strijd tegen racisme. Zo wil men voorkomen dat de veroordeelde opnieuw gelijkaardige feiten zou plegen. Dit komt er na een oproep van Unia waarin men vroeg dat het gerecht meer zou inzetten op alternatieve maatregelen. Het stuurt vooral aan op educatieve en pedagogische maatregelen die dieper ingaan op de context, de betekenis en de gevolgen van het haatdiscours.

Geef een reactie