In een persbericht op de website van Minister van Justitie Koen Geens wordt gewag gemaakt van de oprichting van een nieuwe handelsrechtbank te Brussel. Het BIBC zal verantwoordelijk zijn voor de afhandeling van internationale handelsgeschillen tussen bedrijven.
Het Brussels International Business Court
Tot op vandaag moeten bedrijven die een geschil in het Engels wilden afhandelen een beroep doen op private arbitrage of al meteen naar Londen trekken. In tijden waar het internationale handelsverkeer verder toeneemt, met het Engels als belangrijkste voertaal, is het eigenlijk een vrij logische stap. In dergelijke internationale context was het niet aangewezen om enkel en alleen geschillen te beslechten in Franstalige en Nederlandstalige rechtbanken.
Philippe Lambrecht (bestuurder-secretaris-generaal van het VBO): “De BIBC speelt in op de evolutie van het internationale handelsverkeer. Deze Engelstalige rechtbank zal dienst doen als complementair kanaal voor arbitrage.”
Zit de Brexit er voor iets tussen?
Het kabinet van minister Koen Geens geeft inderdaad aan dat de Brexit het aantal internationale geschillen enkel zal doen toenemen. Bovendien zal diezelfde Brexit de toegang tot de rechtbank in Londen ook minder evident maken. Een geschillenbeslechting in het Engels mét een Engelstalig vonnis, moet dat euvel dan ook gewoon wegwerken.
Charles Michel: “De ontwikkeling van de Europese Unie mag niet worden afgeremd door de Brexit. Ons land maakt van deze gelegenheid gebruik om een nieuw juridisch instrument aan te bieden. Dit instrument vormt een aanvulling op de al bestaande mogelijkheden inzake arbitrage voor internationale geschillen.”
Doelstelling: snelle en efficiënte rechtspraak
Bij het kabinet van minister Koen Geens wisten ze ons te vertellen dat lekenrechters zullen zetelen in het BIBC. Deze lekenrechters zullen experts zijn in de materies die de BIBC zal behandelen. Een grote specialisatiegraad staat centraal en dat zou een snelle, efficiënte en deskundige rechtspraak mogelijk maken. Het kabinet wist ons ook te vertellen dat er tegen de uitspraak van het BIBC geen beroep mogelijk zal zijn.
De behandeling van een zaak voor het BIBC is een vrijwillige beslissing dat door de partijen overeengekomen kan worden. Dat kan ook vooraf overeengekomen worden in bijvoorbeeld een samenwerkingsovereenkomst. De partijen zullen inschrijvingsgeld moeten betalen opdat het BIBC zelfbedruipend kan zijn, zonder te putten uit openbare middelen of financiën.
Koen Geens: “Deze internationale handelsrechtbank zal Brussel nog aantrekkelijker maken voor ondernemers en investeerders en zal de reputatie van de stad – en zo ook België – versterken.”