In vroegere arresten heeft het Europees Hof van Justitie al verschillende keren duidelijk gemaakt dat werknemers hun “recht op vakantie behouden”. Een werknemer die – om redenen buiten zijn wil om – zijn vakantie niet kon opnemen voor het einde van zijn arbeidsovereenkomst, behoudt het recht op vakantie.
Ook recht op vakantiegeld?
Het Hof van Justitie heeft nu ook duidelijk gemaakt dat het recht op vakantie ook het recht op vakantiegeld omvat. Meer zelfs: het maakt integraal deel uit van het recht op vakantie.
In een eerder arrest lag een zaak voor waarbij een werknemer dertien jaar lang geen vakantie had opgenomen. Dat kwam omdat hij zelf dacht dat hij een zelfstandige was, terwijl hij nadien – op grond van schijnzelfstandigheid – als werknemer werd gekwalificeerd. De schijnzelfstandige had in het verleden wel vakantie opgenomen, maar deed dat steevast zonder vergoeding of loon. Het Hof besliste hier echter dat dit geen afbreuk doet aan zijn recht op jaarlijkse vakantie met vakantiegeld. Dit recht behoudt hij ook op het tijdstip van beëindiging van zijn dienstverband.