Als je een huis wilt kopen, wordt er al snel gevraagd om een bod uit te brengen. Waar biedingen vroeger vooral een middel waren om de prijs te drukken, wordt er tegenwoordig gretig boven de prijs geboden. Vastgoedmakelaars moedigen dat ook aan en verkopen woningen steeds vaker via zogenaamde gesloten omslagen. Bij het uitbrengen van een bod zijn er een aantal zaken waarop je moet letten.
Een bod is niet vrijblijvend
Aan overeenkomsten worden weinig eisen gesteld. Zo komt een overeenkomst tot stand wanneer er een aanbod is en dat aanbod wordt geaccepteerd. Geef je bij de ijsjesverkoper aan een bolletje roomijs op een hoorntje te willen en als de ijsjesverkoper dat aanbod accepteert, dan is er een koopovereenkomst tot stand gekomen. Dat wil zeggen dat jij moet betalen en dat de ijsjesverkoper je een ijsje moet leveren.
Als je een bod op een woning uitbrengt, geldt net hetzelfde: eenmaal de verkoper je bod accepteert, komt er een koopovereenkomst tot stand. Het is dus niet zo dat de koopovereenkomst pas ontstaat wanneer je bij de notaris gaat: jij bent verplicht om te betalen en de verkoper is verplicht om het huis aan jou te verkopen. De notaris moet enkel nog even de gemaakte afspraken overnemen. Dat is ook het geval wanneer je mondeling een bod uitbrengt en de koper het bod mondeling accepteert, hoewel er dan wel bewijsrechtelijke problemen kunnen opdoemen.
In de omgekeerde richting houdt een geafficheerde verkoopprijs geen bod in dat jij zomaar kan aanvaarden. De geafficheerde verkoopprijs is louter een mededeling dat het pand te koop staat en geeft mee dat je je als geïnteresseerde kan melden. Het staat de verkoper nog steeds vrij om al dan niet te verkopen, bijvoorbeeld door na te gaan of je wel solvabel bent.
Zelf het bod beperken
Bij het uitbrengen van een bod doe je er dan ook goed aan om je woorden goed te kiezen. Jij kan immers zelf bepalen onder welke voorwaarden je je bod uitbrengt. Zo kan je bijvoorbeeld aangeven tot wanneer je bod geldt. Op die manier kan de verkoper niet eindeloos aanmodderen en kan je na het verstrijken van de termijn op zoek gaan naar een andere woning. Daarnaast kan je een opschortende voorwaarde opnemen. Dan geldt je bod pas wanneer er aan een extra voorwaarde is voldaan. Je kan het bod bijvoorbeeld uitbrengen onder de opschortende voorwaarde dat je een lening van de bank verkrijgt. Krijg je geen lening? Dan is er geen bod en kan er ook geen overeenkomst ontstaan.
Opletten met biedingen via gesloten omslagen
Vastgoedmakelaars mogen geen openbare biedingen organiseren en je tegen anderen laten opbieden. Ze mogen wel aan kandidaat-kopers vragen om via een gesloten omslag een bod uit te brengen. Op een afgesproken tijdstip opent de verkoper dan alle omslagen en kiest een bod uit waarmee hij zich al dan niet akkoord zal verklaren. Dat hoeft niet het hoogste bod te zijn.
Vaak maken vastgoedmakelaars daarbij gebruik van een standaardformulier dat je moet invullen. In zo’n geval moet je goed controleren wat er op het standaardformulier staat. Meestal is er daar geen opschortende voorwaarde tot het verkrijgen van krediet opgenomen. Volgens de vastgoedmakelaars is dat omdat de koper anders niet objectief kan vergelijken. Als je bod dan wordt geaccepteerd en je geen lening krijgt, zorgt dat natuurlijk voor problemen. Zelden zal de verkoper je dwingen om het huis ook effectief te kopen (je hebt nu eenmaal geen centen), maar schadevergoedingen die kunnen oplopen tot 10% van de aankoopprijs zijn niet ongewoon. De verkoper loopt dus weinig risico, maar de koper wel.
Bij het artikel verkopen onder gesloten omslag staat m.i op het eind een foutje.
De laatste zin eindigt met : “de verkoper loopt dus weinig risico , maar de verkoper wel”
Etienne
Dag Etienne,
Je hebt helemaal gelijk en dit is intussen aangepast.
Bedankt om het te melden.
Fijne dag!
Lorenzo