Per 1 juli 2022 zijn de regels met betrekking tot de verstrekking van gemeubelde logies aanzienlijk gewijzigd, of toch wat de btw betreft. Enkel de kortetermijnverhuur van minder dan 3 maanden is nog onderworpen aan 6% btw. De verhuur voor drie maanden of langer is vrijgesteld van de btw en dit ongeacht de dienstverstrekkers hoedanigheid. Voordien was er geen tijdscriterium van toepassing. De hervorming komt er na een kritisch advies van de Raad van State.
Nieuwe btw-regels voor de verstrekking van gemeubelde logies
In de eerste plaats geldt er sinds 1 juli 2022 een tijdscriterium. Enkel de verhuur voor periodes van minder dan 3 maanden is met btw belast (6%). Bij verhuringen voor langer dan drie maanden geldt er een btw-vrijstelling. In tegenstelling tot vroeger maakt het niet uit of de verhuur al dan niet gepaard gaat met extra hoteldiensten. Het zorgt er bijvoorbeeld voor dat de verhuur van bemeubelde studentenkamers, wat meestal een (academie)jaar behelst, sowieso is vrijgesteld van btw.
Voor particulieren die sporadisch eens een gemeubeld logement verhuren, geldt in principe ook dat ze 6% btw moeten berekenen. Dat is ook het geval als ze verhuren via bijvoorbeeld Airbnb. Deze mensen kunnen eventueel een uitweg vinden in het deeleconomiesysteem. De voorwaarde daarvoor is wel dat de verhuur verloopt via een erkend platform van de deeleconomie.
Duidelijkheid over het tijdscriterium
Voor de berekening van de termijn van “minder dan drie maanden” past men de berekening “van de zoveelste dag tot de dag voor de zoveelste dag, min een dag” toe. Bij de verhuur van een vakantiewoning vanaf 10 juli 2022 geldt met andere woorden dat de termijn van drie maanden is bereikt op 9 oktober 2022 (“van de zoveelste dag tot de dag voor de zoveelste dag”). Vanaf die dag is er dus geen btw van toepassing. Bij verhuur tot de dag voordien, dus bij verhuur tot en met 8 oktober 2022 (“min een dag”), is er wel btw te berekenen.
Als er verschillende huurovereenkomsten worden afgesloten, moeten de termijnen van de opeenvolgende overeenkomsten bij elkaar worden opgeteld. Hierdoor kan het dat de eerste overeenkomsten aan de btw onderhevig zijn (de totale duur is op dat moment nog korter dan 3 maanden), waarna een volgende overeenkomst ervoor zorgt dat de termijn van 3 maanden wordt overschreden. Dan is de volledige verlenging niet met btw belast, maar de eerste overeenkomsten blijven wel met btw belast.