EconomieFeaturedFiscaal

Raad van State erkent dat er geen 192 glazen bier uit een biervat komen

De beroepsvereniging FedCaf, de Federatie van Belgische Cafés, heeft van de Raad van State gelijk gekregen in een discussie over hoeveel glazen bier er effectief uit een biervat kunnen worden getapt. Volgens de fiscus gaat het namelijk om 192 glazen, terwijl dat er volgens de Fedcaf beduidend minder zijn. Door de overschatting zouden caféhouders jaarlijks duizenden euro’s te veel belastingen hebben betaald.

Forfaitaire regeling voor de inkomstenbelasting en de btw

De verschuldigde btw en inkomstenbelasting wordt in principe bepaald op basis van de werkelijke inkomsten en uitgaven. Dit brengt veel administratie en rompslomp met zich mee. Voor een aantal sectoren bestaan er daarom forfaitaire belastingregelingen. De ondernemer hoeft dan geen dagontvangstenboek meer bij te houden, kwartaalaangiftes te berekenen en jaarlijks een btw-listing in te dienen. De jaaromzet, exclusief btw, mag dan wel niet meer bedragen dan 750.000 euro.

Bij de forfaitaire regeling wordt het een en ander op andere manieren bepaald, bijvoorbeeld op basis van de uitgaven of op basis van uurtarieven. Dergelijke regelingen bestaan onder andere voor apothekers, bakkers en caféhouders. Bij de bakkers vertrekt men bijvoorbeeld van het aantal gekochte zakken bloem, want zo kan men het aantal verkochte broden relatief goed inschatten.

Verzet tegen de forfaitaire regeling voor caféhouders

Al sinds 2013 verzet FedCaf zich tegen de forfaitaire regeling voor caféhouders. Deze forfaitaire regeling neemt de aan de caféhouders geleverde biervaten als berekeningsbasis. Op basis van het aantal geleverde biervaten kan er worden berekend hoeveel glazen bier er worden verkocht en hoeveel btw, inkomstenbelastingen en sociale bijdragen de caféhouders moeten betalen.

FedCaf ziet echter een aantal problemen in de berekening die door de fiscus wordt toegepast. De fiscus neemt namelijk aan dat een vat bier van 50 liter gelijkstaat aan 192 glazen bier. Dit strookt echter niet met de werkelijkheid. Enerzijds zeggen experts dat het forfait geen rekening houdt met de regels van de bierkunst. Wanneer caféhouders tappen zoals het hoort, waarbij de kraan net iets eerder wordt opengezet en de pint wordt afgeschuimd, is er altijd sprake van verlies.

Caféhouders staan daarnaast heel zwak ten opzichte van de brouwers. De brouwers, die vaak ook de panden bezitten en weinig keuze bieden, werken veelal met exclusieve contracten. Via strenge contracten zijn caféhouders verplicht om exclusief de producten van deze bierbrouwer te gebruiken. Ze mogen dus geen bier of frisdrank van andere leveranciers op hun kaart plaatsen. Meestal moeten de caféhouders ook verplicht de glazen van de brouwer gebruiken. De afgelopen jaren hebben de meeste brouwers hun glazen beetje per beetje groter gemaakt, zodat de caféhouders meer bier serveren en sneller nieuwe vaten moeten kopen.

Omwille van dit alles heeft FedCaf verschillende vaststellingen laten doen door deurwaarders. Hieruit bleek dat er in werkelijkheid geen 192 glazen bier in een vat zitten, maar 168. Per vat wordt de caféhouder dus op 24 glazen belast die helemaal niet zijn verkocht. Volgens berekeningen zouden de caféhouders hierdoor per jaar 13.000 tot 17.000 euro meer belastingen betalen.

Raad van State geeft FedCaf gelijk

FedCaf kaartte destijds het een en ander aan bij de regering-Di Rupo, maar zonder resultaat. In 2016 had de toenmalige minister van Financiën Johan Van Overtveldt wel zijn schouders gezet onder een aanpassing, maar door de val van de regering-Michel I raakte de hervorming nooit in een finale plooi. Nadien viel de vraag om een herziening opnieuw in dovemansoren. Voor FedCaf was dit het signaal om naar de Raad van State te trekken. De Raad van State geeft hen nu gelijk. Het heeft het systeem voor 2020 geannuleerd. De regering zal dus werk moeten maken van een nieuwe forfaitaire regeling.

Geef een reactie