Internationaal

Strengere Europese regels voor identiteitskaarten

Vanaf 10 juli 2025 gelden in heel Europa nieuwe regels voor de uitgifte en beveiliging van identiteitskaarten. Deze regels zijn vastgelegd in Verordening 2025/1208 van de Europese Unie. De verordening vervangt een eerdere regeling uit 2019, die vorig jaar werd vernietigd door het Hof van Justitie van de EU. De nieuwe verordening bevat grotendeels dezelfde regels als de oude, maar dan met een correct juridisch kader en enkele inhoudelijke verbeteringen, vooral op het vlak van privacy.

Oude verordening ongeldig verklaard door het Hof van Justitie

De vorige regels waren vastgelegd in Verordening 2019/1157. Die verordening moest zorgen voor een geharmoniseerd model van identiteitskaarten in alle lidstaten van de Europese Unie. Het doel was om het vrij verkeer van personen binnen de EU te vergemakkelijken en om identiteitsfraude te bestrijden. Maar in 2024 vernietigde het Hof van Justitie deze verordening, omdat ze tot stand was gekomen op basis van een verkeerde juridische basis. De Europese wetgever had zich gebaseerd op een artikel uit het EU-verdrag dat betrekking heeft op het vrij verkeer van personen, terwijl het eigenlijk had moeten gaan om het artikel dat de regels vastlegt voor paspoorten en identiteitskaarten. Daardoor werd ook een andere wetgevingsprocedure gevolgd dan wettelijk vereist. Omdat deze procedure niet voldeed aan de vereisten, werd de hele verordening ongeldig verklaard.

Hoewel de oude verordening vernietigd werd, bleven de gevolgen ervan wel voorlopig wel van kracht. Dat was nodig om te voorkomen dat er juridische onzekerheid zou ontstaan. De lidstaten konden zo hun beleid blijven afstemmen op de regels van 2019 tot er een nieuwe verordening in werking zou treden. Die nieuwe regeling is intussen klaar en werd gepubliceerd op 20 juni 2025. Twintig dagen later, op 10 juli 2025, treden de nieuwe regels formeel in werking.

Nieuwe verordening met verbeterde juridische basis

De nieuwe Verordening 2025/1208 herneemt in grote lijnen de bestaande bepalingen uit 2019, maar is dit keer wel gebaseerd op het juiste artikel uit het EU-verdrag. Daardoor is ook de vereiste procedure gevolgd: de lidstaten moesten unaniem instemmen en het Europees Parlement werd enkel geraadpleegd, in plaats van mee te kunnen beslissen. De juridische tekortkoming van de vorige verordening is daarmee rechtgezet. De kern van de regelgeving blijft dus behouden, met de bedoeling om een minimale gemeenschappelijke standaard te bieden voor alle identiteitskaarten binnen de Europese Unie.

Extra aandacht voor privacy en gegevensbescherming

Naast de correcte juridische basis zijn er ook inhoudelijke verfijningen aangebracht. Die betreffen vooral de verwerking en bescherming van persoonsgegevens. De nieuwe verordening besteedt extra aandacht aan de manier waarop gegevens op identiteitskaarten worden opgeslagen en beveiligd. De Europese wetgever wil zo beter tegemoetkomen aan de bezorgdheden rond privacy en de bescherming van gevoelige informatie. Het gaat bijvoorbeeld om regels over de leesbaarheid van chips, het gebruik van biometrische gegevens en de bewaartermijn van bepaalde persoonsgegevens. Deze aanpassingen sluiten aan bij de bredere Europese strategie om persoonsgegevens strikter te beveiligen en misbruik te voorkomen.


Een vraag over dit artikel of juridisch advies nodig? Neem dan contact op met een advocaat in jouw buurt. Gebruik de onderstaande zoekfunctie om een advocaat te vinden.

Als advocaat opgenomen worden in de database? Klik hier.

Geef een reactie