Het Vlaams parlement heeft recent een juridisch kader gecreëerd om ook uitzendarbeiders toe te laten bij de Vlaamse overheidsdiensten. Niet alleen wordt Vlaanderen zo de eerste overheid binnen België waar uitzendarbeid is toegestaan, bovendien zullen ook de Vlaamse lokale besturen van uitzendarbeid gebruik kunnen maken. Van de departementen tot de OCMW’s en de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden: overal zullen uitzendarbeiders hun intrede doen. Wel geldt er een belangrijke uitzondering op de mogelijke in te roepen motieven.
Wanneer is uitzendarbeid bij de Vlaamse overheidsdiensten en lokale besturen mogelijk?
Alhoewel het wettelijk kader vele gelijkenissen vertoont met die van de private sector, kan het motief ‘instroom’ niet worden ingeroepen. Dat motief zou immers toornen aan het gelijkheidsbeginsel en het afgeleide principe van ‘gelijke toegang tot het openbaar ambt’. In de praktijk zal uitzendarbeid dan ook ingezet kunnen worden voor:
- Een tijdelijke vervanging van een geschort contractueel personeelslid;
- Een tijdelijke vervanging van een contractueel personeelslid wiens arbeidsovereenkomst is beëindigd;
- Een tijdelijke vervanging van een contractueel personeelslid met deeltijdse loopbaanonderbreking;
- Een tijdelijke vervanging van een contractueel personeelslid met een vermindering van arbeidsprestaties in het kader van het zorgkrediet;
- Een tijdelijke vervanging van een ambtenaar die zijn ambt niet of slechts deeltijds uitoefent;
- Een tijdelijke vermeerdering van werk;
- De uitvoering van uitzonderlijk werk;
- In het kader van tewerkstellingstrajecten;
- Voor artistieke prestaties of artistieke werken.
Opgelet: bij de lokale besturen is het de Raad (bv. gemeenteraad) die binnen de krijtlijnen van het decreet de gevallen zal bepalen waarin uitzendarbeid mogelijk is. Bovenstaande krijtlijnen gelden hier dan ook als maximumgrens.
Er geldt bovendien een maximale duur van twaalf maanden.
Wie neemt de beslissing?
Op het niveau van de Vlaamse overheidsdiensten wordt de beslissing om over te gaan tot aanwerving van uitzendkrachten, genomen door het hoofd van die dienst.
Bij de lokale besturen staat het uitvoerend orgaan hiervoor in, alhoewel die bevoegdheid kan overgedragen worden aan het hoofd van het personeel (die echter niet verder kan subdelegeren).
Indien wordt overgegaan tot de indienstneming van uitzendkrachten, zullen de betrokken vakorganisaties daar vooraf van worden ingelicht.
Jaarlijkse informatieoverdracht
Jaarlijks zal men het Hoog Overlegcomité Vlaamse Gemeenschappen en Vlaams Gewest en het plaatselijk Hoog Overlegcomité inlichten met betrekking tot de uitzendarbeid binnen respectievelijk de Vlaamse overheidsdiensten en de lokale besturen. Die meegedeelde informatie zal onder andere de totale kostprijs van de uitzendkrachten en de gepresteerde uren per motief oplijsten.