Het COIV, voluit: het Centraal Orgaan voor de Inbeslagneming en de Verbeurdverklaring, ondergaat enkele wijzigingen. Het betreft voornamelijk het beheer van vreemde valuta. Welke (vreemde) valuta het COIV mag beheren en hoe dat in zijn werk gaat? We leggen het nog even voor jou uit.
De nieuwe regels treden in werking vanaf 1 juli 2018.
Beheer van vreemde valuta
Het COIV heeft tot taak om verbeurdverklaarde geldsommen te beheren. In de eerste plaats gaat het om eurobedragen maar het KB legt nu ook vast welke vreemde valuta het orgaan kan beheren. Enkel deze vreemde valuta worden door het COIV in beheer genomen. Het gaat om:
- De Amerikaanse dollar;
- De Australische dollar;
- De Britse pond;
- De Canadese dollar;
- De Deense kroon;
- De Japanse yen;
- De Noorse kroon;
- De Zuid-Afrikaanse rand;
- De Zweedse kroon; en
- De Zwitserse frank.
Staat een munt niet op die lijst? Dan mag de onderzoeksrechter (of het Openbaar Ministerie) het wel laten omzetten in euro om zo de opbrengst alsnog door het COIV te laten beheren. Voor de hierboven geformuleerde vreemde valuta is rechtstreeks beheer wel mogelijk.
Enkel beheer van biljetten
In principe betreft het beheer enkel bankbiljetten en geen muntstukken. Wel zijn er drie uitzonderingen voorzien waarbij het COIV muntstukken kan beheren:
- Het gaat om muntstukken waarbij vervreemding is toegestaan door de onderzoeksrechter of door het Openbaar Ministerie;
- Het gaat om muntstukken die facultatief beheert worden op vraag van de onderzoeksrechter of op vraag van het Openbaar Ministerie;
- Het gaat om euromunten.
Overigens mag het COIV geen muntstukken of biljetten beheren indien de beslagleggende overheid het vermoeden heeft dat het gaat om valsmunterij.