Sinds 7 augustus 2017 zijn vliegtuigmaatschappijen verplicht om hun passagiersgegevens door te sturen naar de Passagiers Informatie Eenheid (PIE). Bij het PIE zit een team van mensen van de Staatsveiligheid, de militaire Inlichtingendienst, de douane en de politie. Zij brengen het reisgedrag van criminele organisaties en terreurgroepen in kaart om zo snel te kunnen reageren bij potentiële dreigingen. Nu zullen ook busvervoerders, HST-vervoerders en HST-ticketverdelers de reservatiegegevens door moeten geven.
Welke gegevens worden doorgegeven?
De busvervoerders, de HST-ticketverdelers en de HST-vervoerders moeten de reservatiegegevens doorgeven. Het gaat om volgende gegevens:
- De identiteitsgegevens van de passagiers;
- De reserveringsdata;
- De geplande reisdata;
- De betalingsinformatie.
In principe zal men de informatie ten laatste 48 uur voor het vertrek door moeten spelen aan de PIE. Omdat je bij sommige vervoerders ook ter plaatse een ticket kan kopen, mag de informatie in zo’n geval na het sluiten van de bus of de trein worden doorgegeven.
Ook een conformiteitscheck is verplicht
Niet alleen zullen de busvervoerders, de HST-ticketverdelers en de HST-vervoerders de passagiersgegevens moeten doorgeven, bovendien zijn ze verplicht om een conformiteitscheck uit te voeren. Men zal met andere woorden nagaan of de gegevens die op het reisdocument staan wel kloppen met wat op jouw identiteitsdocument staat.
Vanaf wanneer?
De nieuwe reglementering gaat in principe op 22 februari 2019 in. De vervoerders en ticketverdelers moeten echter de tijd krijgen om de nodige systeemaanpassingen te doen. Daarom men een gefaseerde aanpak voorstellen. Daarvoor is het wel nog wachten op de notificatiebrief van de ministers van Mobiliteit en Binnenlandse Zaken. Het is wel al duidelijk dat men op korte termijn het systeem voor het doorgeven van de gegevens op poten dient te zetten. Later volgen dan weer de bepalingen met betrekking tot de conformiteitscheck.
Wat als de vervoersmaatschappij zijn verplichtingen niet nakomt?
Dan legt de wetgever verregaande sancties op. Het gaat om een geldboete die kan oplopen tot 50.000 euro per inbreuk. Bij recidive binnen de twee jaar stijgt die geldboete zelfs tot 75.000 euro.
