EconomieWerk & SociaalZelfstandig & Vennootschap

Forse verbetering overbruggingsrecht zelfstandigen

Het sociaal statuut van de zelfstandigen wordt langzaam maar zeker uitgebreid.  Zo telt sinds kort ook de ziekteperiode na de pensioenleeftijd mee voor de pensioenberekening van de zelfstandigen. En eerder werd al aangegeven dat er ook een adoptie-uitkering voor zelfstandigen zou komen. Nu sleutelt men ook aan het overbruggingsrecht voor zelfstandigen. Voor zelfstandigen met een rijke carrière is er zelfs sprake van een verdubbeling van het overbruggingsrecht.

Wat is het overbruggingsrecht zelfstandigen?

Het overbruggingsrecht voor zelfstandigen betekent dat een zelfstandige die door omstandigheden zijn activiteiten tijdelijk of zelfs definitief moet stopzetten, een financiële uitkering ontvangt zonder dat hij nog sociale bijdragen moet betalen maar waarbij hij wel een aantal sociale rechten behoudt. Zo behoudt de zelfstandige het recht op geneeskundige verzorging en ziekte-uitkeringen. Er zijn wel een aantal voorwaarden verbonden aan het overbruggingsrecht voor zelfstandigen:

  • De zelfstandige moet zijn hoofdverblijfplaats in België hebben;
  • De betrokkene moet zelfstandige in hoofdberoep of meewerkende echtgenoot (maxistatuut) geweest zijn in het kwartaal waarin het feit zich voordeed én gedurende de drie voorafgaande kwartalen;
  • De zelfstandige moet gedurende die kwartalen sociale bijdragen verschuldigd zijn;
  • De zelfstandige moet minimaal vier kwartaalbijdragen effectief betaald hebben in de loop van de voorafgaande zestien kwartalen;
  • De zelfstandig heeft geen enkele beroepsactiviteit meer;
  • De zelfstandige is jonger dan 65 jaar en kan geen aanspraak maken op een vervangingsinkomen (bv. pensioen of werkloosheidsuitkering).

Hiernaast is het overbruggingsrecht enkel van toepassing in vier mogelijke situaties, waarbij opnieuw eigen voorwaarden gelden:

  • Persoonlijk faillissement of faillissement van de vennootschap;
  • Stopzetting van de activiteiten na collectieve schuldenregeling;
  • Gedwongen onderbreking (bv. natuurramp of allergie door het uitoefenen van het beroep);
  • Economische moeilijkheden.

Overbruggingsrecht zelfstandigen: soepelere toepassing gedwongen onderbreking

Een van de situaties waarbij het overbruggingsrecht zelfstandigen kan worden uitgeoefend, is de zogenoemde gedwongen onderbreking. Voorheen was deze grond beperkt tot:

  • Brand;
  • Natuurrampen (inclusief landbouwrampen);
  • Vernieling door een derde;
  • Allergie veroorzaakt door het uitoefenen van het beroep.

Aan dat rijtje worden nu ook toegevoegd:

  • Beschadiging van de professioneel gebruikte gebouwen of uitrusting, zelfs indien dit niet is veroorzaakt door een derde. De beschadiging moet de zaken wel onbruikbaar maken;
  • Beslissing van een derde economische actor of een gebeurtenis met economische impact (bv. sectorale crisis of wegvallen belangrijkste klant).

Langere duur overbruggingsrecht zelfstandigen

Het basisprincipe van het overbruggingsrecht zelfstandigen blijft hetzelfde: de financiële uitkering wordt beperkt tot 12 maanden en het behouden van de sociale rechten geldt gedurende 4 kwartalen. En hierbij kan men meerdere keren van het overbruggingsrecht genieten, maar mag de maximale termijn niet overschreden worden.

Toch voorziet de wetgever nu een uitzondering voor zelfstandigen met een minimale loopbaan van 60 kwartalen (15 jaar): zij krijgen een uitkering gedurende 24 maanden en behouden hun sociale rechten gedurende 8 kwartalen. Wel geldt er dan de striktere vereiste dat ze gedurende 60 kwartalen bijdragen moeten betaald hebben die pensioenrechten opbouwen. Bovendien wordt het overbruggingsrecht per feit (bv. wegenwerken en later de ontwikkeling van een allergie) beperkt tot 12 maanden/4 kwartalen. Totaliter geldt wel de grens van 24 maanden/8 kwartalen.

Vanaf wanneer?

De nieuwe regeling treedt in werking op 1 juli 2019. Het is echter enkel van toepassing op feiten die vanaf dan plaatsvinden.

Geef een reactie