Op 13 juli 2017 keurde de Kamer van Volksvertegenwoordigers enkele wijzigingen in het Wetboek Economisch Recht goed. Deze wijzigingen hebben onder andere invloed op het zogenaamde recht van hoger bod bij een openbare verkoop.
Recht van hoger bod: wat is dat?
Bij een openbare verkoop, bijvoorbeeld van een woning, is een van de voorwaarden het zogenaamde recht van hoger bod. Dit wil zeggen dat degene die het hoogste bod voorlegt op de zitting openbare verkoop, de woning nog niet definitief koopt. Tot vijftien dagen na de zitdag mag eender wie nog steeds een hoger bod neerleggen en dan begint het circus opnieuw.
Dit hoger bod moet minimaal 10% meer bedragen dan het hoogste bod op de zitdag, binnen de grenzen van 250 en 6.200 EUR. Hier komt heel wat (duur) formalisme bij kijken: een deurwaardersexploot met de nodige deurwaarderskosten voor de opbieder.
Wordt het recht van hoger bod uitgeoefend, dan moet de notaris een tweede en laatste zitdag organiseren. Komt er geen hoger bod? Dan wordt de hoogste bieder van de eerste zitdag eigenaar. Momenteel blijf je met andere woorden steeds vijftien dagen vrezen.
Het is dit recht van hoger bod dat nu ter discussie komt te staan.
Enkel afschaffing bij gerechtelijke openbare verkopen
Het recht van hoger bod zal inderdaad enkel afgeschaft worden bij de zogenaamde gerechtelijke openbare verkopen. We denken hierbij aan de openbare verkoop ten gevolge van een faillissement, de openbare verkoop ten gevolge van het beslag of de zogenaamde collectieve schuldenregeling.
De toewijzing zal nu in één zitting gebeuren: de hoogste bieder wordt dan ook de verwerver van het goed. Dat zorgt voor meer zekerheid, een snellere afhandeling van de verkoop en bovendien ook een fikse besparing op de deurwaarderskosten.
Alleen voordelen? Natuurlijk niet: als schuldeiser zorgt het immers voor een potentiële reductie van de verkoopprijs. Wanneer de schuldenaar insolvabel is, kan dat natuurlijk tellen.
Vanaf wanneer verdwijnt het recht van hoger bod ?
Momenteel ziet het ernaar uit dat het recht van hoger bod – althans bij gerechtelijke openbare verkopen – zal verdwijnen vanaf 1 mei 2018. Toch is voorzien dat een Koninklijk Besluit die inwerkingtreding vroeger kan bepalen. Uiteraard volgen wij het verder op.
Raadpleeg hier de volledige wettekst: wet_insolventie_van_ondernemingen