Het recht om vergeten te worden is een gevolg van het privacyrecht, waarbij het niet wenselijk wordt geacht dat bepaalde informatie publiek toegankelijk blijft. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer de informatie irrelevant en verouderd is, terwijl het nodeloos de reputatie blijft schaden. Daarbij moet steeds rekening worden gehouden met het publieke recht op informatie dat eveneens een mensenrecht is. Daarnaast doet het recht om vergeten te worden internationaal steeds vaker zijn intrede in andere sectoren. Sinds kort geldt het in België bijvoorbeeld ook voor de schuldsaldoverzekeraar, die na verloop van tijd een kankerverleden moet vergeten (of er geen rekening meer mee mag houden).
Recht om vergeten te worden in de privacywetgeving
Het recht om vergeten te worden is in de Europese Unie verankerd in de AVG (Algemene verordening gegevensbescherming). Het is het recht om bepaalde onjuiste of verouderde privacygevoelige informatie door verwerkers van persoonsgegevens te laten verwijderen. In de AVG is er sprake van het “recht op gegevenswissing”. Via het recht op gegevenswissing kan je ook eisen dat bepaalde gegevens uit zoekmachineresultaten worden gewist.
Costeja-arrest legt de basis van het recht op gegevenswissing
In feite vindt het recht op gegevenswissing zijn oorsprong in het Costeja-arrest van het Europese Hof van Justitie (zaaknummer C-131/12, 13 mei 2014). Toen had een Spanjaard, Mario Costeja González, een zaak aangespannen tegen Google. Via de zoekmachine van Google was er een oud krantenartikel van 1998 terug te vinden waarin over de gedwongen verkoop van zijn bezittingen was te lezen. Volgens de Spanjaard had die informatie al zijn relevantie verloren en zorgde het nodeloos voor reputatieschade. De informatie werd op zijn verzoek niet verwijderd en dus trok hij naar de rechter. Uiteindelijk besliste het Europese Hof van Justitie dat Google, als verwerker van persoonsgegevens, de resultaten diende te verwijderen uit zijn zoekmachine. Op de website van de krant mocht het artikel online blijven staan, maar via Google kon het niet meer eenvoudig worden gevonden.
Geen absoluut recht en een moeilijke belangenafweging
Hoe dan ook is het recht op gegevenswissing een ingewikkelde aangelegenheid, omdat het raakvlakken heeft met twee mensenrechten: het recht op vrijheid van informatie (waardoor censuur en verwijdering niet zomaar mogelijk is) en het recht op privacy (waardoor informatie net wel moet worden verwijderd). Daarom is het recht om vergeten te worden helemaal niet absoluut en moet er telkens een evenwicht worden gevonden. Daarvoor moet de betrokkene zelf bezwaar maken . Bij de beoordeling wordt er onder andere rekening gehouden met de relevantie van de informatie, de juistheid van de informatie, het publieke belang bij de beschikbaarheid van die informatie en het persoonlijk belang van de betrokkene.
Recht op vergetelheid is geen mondiaal recht
Het recht op gegevenswissing is een Europese aangelegenheid. Wanneer een zoekmachine als Google na het maken van een grondige afweging beslist om de zoekresultaten te verwijderen, heeft het dan ook maar een beperkte invloed. Zo worden de zoekresultaten enkel verwijderd in alle EU-lidstaten (+ Noorwegen, IJsland, Zwitserland en Liechtenstein) en van het .com-domein bij zoekopdrachten vanuit het land waar het verzoek is ingediend. Omdat er geen mondiaal kader is, is er tot op heden ook geen mondiaal recht op gegevenswissing.
Recht om vergeten te worden ook relevant bij schuldsaldoverzekering
Sinds 1 februari 2020 geldt in België het recht om vergeten te worden ook voor de schuldsaldoverzekering. Het is een specifiek wettelijk kader waarbij de schuldsaldoverzekeraar enige tijd na een succesvolle kankerbehandeling geen rekening meer mag houden met de eerdere ziekte. Voorheen werd dat wel gedaan omdat er steeds een risico bestond op herval, waardoor de schuldsaldoverzekering financieel minder aangenaam was of het gewoon onmogelijk werd om een betaalbare schuldsaldoverzekering af te sluiten.
Het recht om vergeten te worden geldt wel enkel voor een schuldsaldoverzekering ter terugbetaling van het hypothecair krediet voor een gezinswoning of ter terugbetaling van een beroepskrediet. Daarnaast moet de verzekeraar het kankerverleden pas na een welbepaalde tijd vergeten. In principe start het recht om vergeten te worden 10 jaar na het einde van de actieve kankerbehandeling (bv. chirurgie of chemotherapie) zonder herval. De verzekeraar mag daarbij geen rekening houden met zuiver preventieve doorlopende hormoontherapieën. Voor sommige kankeraandoeningen gelden zelfs kortere termijnen, maar voor andere vormen van kanker gelden er uitzonderingen (bv. prostaatkanker).