Als Belgisch rijksinwoner moet je belastingen betalen op jouw wereldwijd inkomen. Daarom moet je niet alleen het kadastraal inkomen van het onroerend goed in België aangeven, maar ook de brutohuurwaarde van de buitenlandse vakantiewoningen. Echter bestaat er al langer discussie over de aan te geven waarde, zeker nu ook het Europees Hof van Justitie zich in de debatten heeft gemengd.
Waarom fiscale aangifte vakantiewoning?
Indien je een buitenlandse vakantiewoning hebt, moet je dat in jouw belastingaangifte aangeven. In principe word je daar niet in België op belast maar zijn de regels van het toepasselijk dubbelbelastingverdrag van toepassing. Het aangegeven inkomen wordt in België vrijgesteld onder progressievoorbehoud. Dit betekent dat je er niet op wordt belast, maar dat er wel rekening mee wordt gehouden ter bepaling van het toepasselijk belastingtarief over de andere belastbare inkomsten.
Brutohuurwaarde aangeven?
Als we er de wet op naslaan gaat het om de brutowaarde van de huuropbrengst die de belastingplichtige in theorie had kunnen innen, ongeacht of de vakantiewoning al dan niet werd verhuurd. Echter hoeven we de Belgische wet niet te volgen, want het Europees Hof van Justitie heeft België daarover teruggefloten. Volgens het Europees Hof van Justitie is de Belgische wetgeving immers in strijd met het vrij verkeer van kapitaal omdat er een discriminatie bestaat met Belgische onroerende goederen waarbij enkel het (fiscaal voordeliger) kadastraal inkomen moet worden aangegeven.
De toepasselijke wetgeving werd nog niet gewijzigd. Echter heeft de fiscus al in 2016 een circulaire verspreid waarin men aanhaalt dat ook de door de buitenlandse overheid vastgestelde of goedgekeurde forfaitaire waarde mag worden aangegeven, vergelijkbaar met het kadastraal inkomen in België. Het gaat bijvoorbeeld om het Italiaanse rendita catastale of het Spaanse valor catastral. Hierop worden vervolgens een aantal herwaarderingsregels toegepast. In het geval van het Italiaanse rendita catastale gaat het bijvoorbeeld om een herwaarderingspercentage van 5%.
Sommige landen zoals Portugal kennen geen kadastraal inkomen. In zo’n geval kan een forfaitaire waarde van 22,5% van de brutohuurwaarde worden aangegeven. Het Hof van Beroep te Luik ging eerder al akkoord met dat percentage.
Doe beroep op een specialist
Door de ingewikkelde fungerende wetgeving en de onduidelijkheden die er bestaan, doe je best beroep op een mandataris of fiscaal expert. Nog te veel mensen geven, ten gevolge van de onduidelijkheid, de brutohuurwaarde aan. Door even bij een expert te rade te gaan, kan je dan ook veel besparen.