ConsumentEconomie

Reclame voor zorgverleners: enkel praktijkinformatie delen is toegestaan

In de private zorgverleningssector moet men ook aan klanten komen. Het is niet ongewoon dat het lokale thuisverplegingsbedrijf een website laat maken en een visitekaartje achterlaat bij patiënten. Eigenlijk is het maar logisch dat deze zorgondernemers reclame willen maken voor hun zaak. Toch is dat niet toegestaan. Het louter delen van praktijkinformatie mag wel.

Verbod op het voeren van reclame

Onder het oude artikel 127 van de GVU-wet, die al in 2013 is opgeheven, was men duidelijk: zorgverleners mochten voor de organisatie van de terugbetaalde verstrekkingen in principe geen reclame maken. Slechts voor een bepaald aantal dingen mocht men publiciteit voeren. Zo mocht men bijvoorbeeld de openingsuren of een adreswijziging communiceren. Dit mocht bovendien pas 15 dagen voordat de wijziging zich voordeed, gebeuren. Nadien was het voeren van deze communicatie niet langer toegestaan. Deze regeling is voor alle duidelijkheid niet langer van toepassing, maar illustreert wel het principe dat we tot op de dag van vandaag hanteren: het louter delen van praktijkinformatie is toegestaan, maar het voeren van reclame en het genereren van een verkoopbevorderend effect niet.

Het arrest-Vanderborght

Toch is een algemeen reclameverbod niet zomaar toegestaan. Dat bewijst het arrest-Vanderborght. Deze zaak ging om tandarts Luc Vanderborght uit Opwijk. Die man is gespecialiseerd in cosmetische behandelingen en werd in ons land vervolgd omdat hij het reclameverbod voor tandartsen had geschonden. Het Europees Hof schoot vervolgens een aantal gaatjes in het Belgische reclameverbod.

Het Verbond der Vlaamse Tandartsen had een klacht ingediend, omdat Vanderborght in dagbladen advertenties liet plaatsen en op zijn site voor-en-nafoto’s en lovende reviews plaatste. Nochtans was er op dat moment een duidelijk reclameverbod van toepassing in ons land.

Daarnaast had hij op zijn praktijk een reclamezuil laten plaatsen met drie delen die telkens 47 x 75 cm maten. Dit zou in strijd zijn met een KB van 1934 dat aangeeft dat de tandarts slechts een plaat van bescheiden afmeting en uitzicht voor zijn praktijk mag plaatsen. Uiteindelijk kwam de zaak bij het Europees Hof te liggen dat oordeelde dat het Belgische reclameverbod in strijd was met het Europees recht. Het Hof vond dat bepaalde reclames wel verboden mogen worden, zoals agressieve en misleidende reclame die patiënten kan misleiden, maar een algemeen reclameverbod was voor het Europees Hof een brug te ver.

Huidige regeling tot en met 1 juli 2022

Op dit moment en wel tot 1 juli 2022 is de regeling van artikel 64 van de Wet houdende diverse bepalingen inzake gezondheid van 30 oktober 2018 van toepassing. Deze wet bepaalt dat een zorgverlener zijn praktijkvoering aan het publiek kenbaar mag maken, maar wel onder belangrijke voorwaarden:

  • De praktijkinformatie moet waarheidsgetrouw, objectief, relevant en verifieerbaar zijn
  • De praktijkinformatie moet wetenschappelijk onderbouwd zijn
  • De praktijkinformatie mag niet aanzetten tot overbodige onderzoeken of behandelingen
  • De praktijkinformatie mag niet het ronselen van patiënten tot doel hebben
  • De praktijkinformatie moet de bijzondere beroepstitels van de gezondheidsbeoefenaar vermelden

Het artikel 64 staat publiciteit met andere woorden toe, zolang de zorgverlener zich maar aan een set met voorwaarden houdt. Deze voorwaarden moeten ongeacht de plaats, de drager of de aangewende technieken worden nageleefd. Volgens de memorie van toelichting gelden ze bijvoorbeeld ook bij het gebruik van sociale media of wanneer een beroepsbeoefenaar op (reality-)tv verschijnt.

Houd er rekening mee dat de toegestane publiciteit zich beperkt tot het delen van praktijkinformatie. Dat gaat beduidend minder ver dan de klassieke betekenis van het woord reclame, waarbij het voeren van promoties en het genereren van verkoopbevordering nog steeds primeert. Het delen van praktijkinformatie is veeleer het informeren van het publiek, zodat ze weten dat de zorgverlener bestaat, waar de zorgverlener te vinden is en wat deze zorgverlener zoal doet.

Nieuwe regeling vanaf 1 juli 2022

De bovenstaande regeling blijft gelden tot de nieuwe Kwaliteitswet in werking treedt. Dit zal op 1 juli 2022 gebeuren. Het is artikel 31 van de Kwaliteitswet dat vanaf dan het een en ander regelt. Ook in de nieuwe regeling blijft de regel dat de beroepsbeoefenaar praktijkinformatie mag delen van toepassing, maar ook dan mag het enkel onder specifieke voorwaarden. Deze voorwaarden zijn identiek gebleven met wat we hierboven hebben vermeld. In principe wijzigt er dus heel weinig.

Het nieuwe artikel verduidelijkt wel wat we onder praktijkinformatie moeten verstaan. Het onderstreept dat het louter gaat om het meedelen van informatie waarmee het publiek een gezondheidszorgbeoefenaar of de aard van zijn praktijk kan leren kennen.

De gezondheidszorgbeoefenaar mag praktijkinformatie aan het publiek kenbaar maken. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder praktijkinformatie verstaan iedere vorm van mededeling die rechtstreeks en specifiek, ongeacht de daartoe aangewende plaats, drager of aangewende technieken, tot doel heeft een gezondheidszorgbeoefenaar te laten kennen of informatie te verstrekken over de aard van zijn beroepspraktijk.” (Art. 31, § 1 Kwaliteitswet)

Promoties en reclames met een verkoopbevorderend opzet blijven met andere woorden verboden. Voor zorgverleners blijft het hoe dan ook belangrijk om deze reclameregels strikt op te volgen. Indien de regels niet worden nageleefd, wordt er in de eerste plaats een verbeterplan opgelegd dat binnen een bepaalde termijn moet worden uitgevoerd. Bij herhaalde schendingen kan men de zorgverlener schorsen of zelfs het visum van de zorgverlener intrekken.

Geef een reactie