In de persInternationaalOorlog in Oekraïne

Wat is het oorlogsrecht?

Het oorlogsrecht is een onderdeel van het internationaal recht. Het regelt de voorwaarden voor het starten van een oorlog en het regelt hoe de oorlogvoerende partijen zich horen te gedragen. Het oorlogsrecht moet onder andere garanderen dat een oorlog, hoe gek het ook klinkt, humaan wordt gevoerd. Het regelt daarbij diverse rechtsgebieden die te maken hebben met oorlogen en gewapende conflicten. Hieronder zijn de verschillende bronnen van het oorlogsrecht besproken, alsook enkele voorbeelden van het oorlogsrecht.

Bronnen van het oorlogsrecht

Er is niet zoiets als een wetboek voor het oorlogsrecht. Het oorlogsrecht is zelfs heel versnipperd en kent talloze bronnen. Verdragen zijn een belangrijke bron van het oorlogsrecht. De meeste verdragen, zoals de Geneefse Verdragen, dateren van na de gruwel van de twee wereldoorlogen. Deze verdragen zorgden voor een betere bescherming van onder meer de militairen, de krijgsgevangenen en de burgerbevolking. De Geneefse Verdragen hebben in principe betrekking op internationale conflicten, maar zijn later aangevuld met protocollen. Hierdoor zijn bijvoorbeeld ook burgeroorlogen – een conflict dat op zich geen internationale oorlog is – toch aan allerlei regels onderhevig.

De noodzaak om afspraken te maken over een passende oorlogsvoering bestaat echter al veel langer. In 1139 werd bijvoorbeeld al beslist dat het gebruik van de kruisboog in oorlogen tussen christenen verboden is. De eerste internationale verdragen, naar hedendaagse normen, werden in 1864 gesloten. Het gaat om het verdrag van het Rode Kruis. Dit verdrag behandelt onder andere hoe er wordt omgegaan met gewonde militairen.

Naast de verdragen spelen ook de juridische tradities of het gewoonterecht een rol. Door algemene oorlogspraktijken is er een bepaalde verstandhouding ontstaan, het is een gewoonte geworden om in een oorlog bepaalde dingen te doen of niet te doen. Oorlogvoerende landen mogen verwachten dat de tegenstander zich aan deze gewoonte houdt. Een voorbeeld daarvan is de verplichting tot de bescherming van culturele goederen, het beschermen van goederen die worden ingezet voor humanitaire hulpverleningsacties, het verbod op het uithongeren van de burgerbevolking en dergelijke meer.

Ten slotte zijn er ook de fundamentele beginselen die deel uitmaken van het gewoonterecht die ook op het oorlogsrecht worden toegepast. Het gaat dan bijvoorbeeld om het beginsel van de evenredigheid en de noodzakelijkheid. Daarover lees je verder meer.

Voorbeelden van “afspraken” in het oorlogsrecht

Het oorlogsrecht bepaalt met andere woorden wat landen al dan niet mogen doen als ze een oorlog uitvechten. Zo bepaalt het bijvoorbeeld dat men burgers nooit rechtstreeks mag aanvallen. Een bom kan per abuis eens op een woning vallen, maar men mag niet doelbewust scholen, ziekenhuizen of woningen bombarderen. Ook zijn bezetters verplicht om de burgerbevolking te beschermen, te voeden, medische zorg te bieden en dergelijke meer.

Dat wil echter niet zeggen dat burgers niet geslachtofferd mogen worden als er militaire voordelen aan verbonden zijn. Men moet dan een afweging maken: is het leed bij de burgers proportioneel met de militaire winst die men boekt? Men kan niet zomaar een hele stad platbombarderen om misschien één vijandige generaal te doden. Men mag wel een opslagplaats voor wapens bombarderen als er daardoor misschien burgerslachtoffers vallen in een aangrenzende woning.

Verder zijn er heel wat wapens die men niet mag gebruiken. Daarnaast moeten strijders duidelijk herkenbaar zijn. Ze hoeven geen fluohesje te dragen, maar ze moeten wel een uniform dragen en ze moeten hun wapens openlijk dragen. Door duidelijk aan te geven dat men de vijand is waarop er mag worden geschoten, worden er burgerslachtoffers voorkomen. Ook het Rode Kruis en de Rode Halve Maan genieten bescherming door het oorlogsrecht, zij mogen nooit worden aangevallen. Men mag anderzijds ook niet zomaar het logo van het Rode Kruis op een voertuig schilderen om te voorkomen dat men zou worden aangevallen.

Ten slotte wordt er veel aandacht geschonken aan zieken en gewonden. Men heeft de plicht om ze te verzorgen, ongeacht of het eigen zieken en gewonden zijn of de zieken en gewonden van de vijand. Krijgsgevangenen dienen goed te worden verzorgd en moeten bijvoorbeeld eten, drinken en onderdak krijgen. De lijken van vijanden dienen met respect te worden behandeld en aan de andere staat te worden teruggegeven.

Wat bij inbreuken op het oorlogsrecht?

Bij inbreuken op de Geneefse Verdragen is het Internationaal Strafhof in Den haag bevoegd. Het moet dan wel gaan om ernstige inbreuken, oorlogsmisdrijven genoemd. Het gaat dan onder meer om marteling, lijfstraffen, plunderingen, verkrachting en dergelijke meer.  Het Internationale Strafhof is in 2002 opgericht en de bevoegdheid ervan wordt door meer dan 100 landen erkend.

In november 2016 trok Rusland zich terug. Voor het conflict in Oekraïne maakt dat echter weinig uit, omdat Oekraïne wel een deelnemende partij is. Voor gebeurtenissen die op dat grondgebied plaatsvinden, is het Internationaal Strafhof met andere woorden bevoegd. Uiteraard wil dat niet zeggen dat men iemand als Poetin eenvoudig voor de rechtbank kan brengen, want je kan die man niet zomaar in Rusland gaan oppakken. Een internationaal arrestatiebevel kan de bewegingsvrijheid van dergelijke machtige mensen natuurlijk wel sterk beperken.

Geef een reactie