De burgerFeaturedLeven & Wonen

Welke echtscheidingsprocedures zijn er en hoe verlopen ze?

Sinds 1 september 2007 is de echtscheidingsprocedure danig aangepast. Vroeger was het enkel mogelijk om te scheiden bij overeenkomst, twee jaar na de feitelijke scheiding of op grond van een aantal feiten waarbij er een schuldvraag werd gesteld. Vooral dat laatste gaf vaak problemen, waarbij de wetgever het schuldbegrip niet langer opportuun achtte. Daarom werd de keuze gemaakt om nog maar in twee echtscheidingsprocedures te voorzien, namelijk de echtscheiding op grond van onderlinge toestemming (EOT) en de echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting (EOO). De schuld van de andere echtgenoot hoeft nooit bewezen te worden. Het is de familierechtbank die exclusief bevoegd is om kennis te nemen van dergelijke echtscheidingsprocedures.

Echtscheiding op grond van onderlinge toestemming (EOT)

Deze procedure wordt ook wel eens de echtscheiding bij overeenkomst genoemd. Hierbij komen de twee personen samen overeen hoe zij de echtscheiding zullen regelen en welke afspraken daarbij gelden. Hiervoor moeten zij een regelingsakte en een familierechtelijke overeenkomst sluiten. De procedure wordt vervolgens opgestart door een verzoekschrift met beide overeenkomsten neer te leggen.

De regelingsakte of vermogensrechtelijke overeenkomst (art. 1287 Ger.W.)

Via de regelingsakte maken de echtgenoten afspraken over hoe zij hun gemeenschappelijk vermogen zullen verdelen. In feite toont het dan ook gelijkenissen met de akte van vereffening-verdeling. Zowel de regeling van de schulden (incl. de belastingschulden) als de regeling van het vermogen (bv. de woning of wagen) komt hierbij aan bod. De regelingsakte kan zowel via een onderhandse akte als via een authentieke akte worden opgesteld. In sommige gevallen is een authentieke akte wel verplicht, bijvoorbeeld wanneer de partners beslissen om een vruchtgebruik op een onroerend goed te vestigen of wanneer ze beslissen om een hypotheek over te dragen.

De familierechtelijke overeenkomst (art. 1288 Ger.W.)

De echtgenoten zijn verplicht om een overeenkomst te sluiten over vier verschillende punten:

  • Waar de echtgenoten verblijven tijdens de echtscheidingsprocedure
  • Regeling met betrekking tot de kinderen: uitoefening ouderlijk gezag, beheer goederen en recht op persoonlijk contact tijdens en na de echtscheidingsprocedure
  • Regeling met betrekking tot de onderhoudsverplichting ten aanzien van die kinderen (financiële bijdrage in opleiding, onderhoud en opvoeding)
  • Uitkering van de ene echtgenoot na de andere tijdens en na de echtscheidingsprocedure

Het is mogelijk om aan gemaakte afspraken opschortende of ontbindende voorwaarden te verbinden. Zo kan men bijvoorbeeld bepalen dat de uitkeringsverplichting eindigt wanneer de tot de uitkering gehouden echtgenoot sterft, waardoor diens erfgenamen die verbintenis niet hoeven te dragen. Ook kan men bijvoorbeeld bepalen dat de onderhoudsverplichting eindigt wanneer de uitkeringsgerechtigde echtgenoot opnieuw huwt.

Wijzigingen aan de EOT-overeenkomst

De EOT-overeenkomst is bindend en wordt gezien als een overeenkomst tot vaststelling, maar kan daarbovenop ook de vorm van een dading aannemen. Vernietiging is in sommige gevallen wel mogelijk, namelijk wanneer er bij de totstandkoming sprake was van bedrog of geweld. Eerder oordeelde het Hof van Cassatie dat dwaling of benadeling geen vernietigingsgrond is. Verder zijn wijzigingen in principe niet mogelijk. Als de echtgenoten tijdens de procedure de EOT-overeenkomst willen wijzigen, moeten ze in principe dus een volledig nieuwe procedure opstarten. Op deze algemene regel zijn er wel een aantal uitzonderingen.

In de eerste plaats kunnen de echtgenoten tijdens de procedure alsnog afstand doen van de echtscheidingsprocedure en dan verliezen deze overeenkomsten hun bindende kracht.

Daarnaast zijn wijzigingen tijdens de procedure toegestaan wanneer ze louter betrekking hebben tot de verblijfsplaats tijdens de procedure of wanneer het gaat om nieuwe en onvoorzienbare omstandigheden. Deze wijzigingen moeten dan wel in onderling akkoord worden gemaakt.

Na de echtscheidingsprocedure kan de EOT-overeenkomst wel worden gewijzigd, maar dan enkel in onderlinge overeenstemming. Enkel bepalingen omtrent het statuut van de kinderen kunnen eenzijdig door de rechtbank worden herzien wanneer het gaat om nieuwe omstandigheden die buiten de wil van de partijen liggen en waarbij de toestand van de partijen of de kinderen ingrijpend worden gewijzigd.

Echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting (EOO)

Wanneer de echtgenoten geen overeenstemming kunnen vinden, kan de familierechtbank op verzoek van minstens één van hen alsnog de echtscheiding uitspreken. Dat kan de familierechtbank slechts in drie gevallen doen. In het ene geval wordt de onherstelbare ontwrichting met alle middelen van het recht bewezen. Daarnaast spreekt de rechter de echtscheiding ook uit wanneer de partijen voldoende lang feitelijk gescheiden leven (ook in zo’n geval is de ontwrichting onherstelbaar). De drie verschillende mogelijkheden die binnen deze procedure voorzien zijn:

  • Er is sprake van onherstelbare ontwrichting van het huwelijk
  • De partijen zijn minstens 6 maanden feitelijk gescheiden en vragen samen de echtscheiding aan of ze dienen een herhaald verzoek in
  • De partijen zijn minstens 1 jaar feitelijk gescheiden en één van hen vraagt de echtscheiding aan.

In tegenstelling tot vroeger wordt er met andere woorden geen schuldvraag meer gesteld. Het schuldbegrip is wel gedeeltelijk behouden in die zin dat de echtgenoot die kan bewijzen dat de andere een zware fout heeft begaan, persoonlijk onderhoudsgeld kan vorderen of de vordering tot betaling van persoonlijk onderhoudsgeld afgewezen kan zien worden. Helemaal irrelevant is het met andere woorden niet, maar in ieder geval dwingt de wetgever de partijen niet om een schuldige aan te wijzen. Het was inderdaad niet wenselijk dat de wetgever vaak aan de oorzaak lag van oplopende ruzies waar de kinderen de grootste dupe van waren.

Echtscheiding met bewijs van onherstelbare ontwrichting

Deze procedure wordt door middel van een dagvaarding of via een tegensprekelijk verzoekschrift ingeleid. De aanvrager moet vervolgens bewijzen dat er sprake is van onherstelbare ontwrichting. Het gaat om een toestand waarin het voortzetten van het samenleven ondraaglijk is geworden en waarbij er redelijkerwijs geen herstel naar de normale toestand kan worden verwacht.

Wanneer tijdens de inleidende zitting wordt bewezen dat er sprake is van onherstelbare ontwrichting zal de familierechter de echtscheiding meteen uitspreken. In de rechtspraak worden bijvoorbeeld als onherstelbare ontwrichting geaccepteerd; het verlaten van de echtelijke woning, overspel of de verstoting door de man van zijn vrouw.

Minstens zes maanden feitelijk gescheiden

Het gaat hierbij om een procedure die op gezamenlijk verzoek wordt ingeleid. In de praktijk kiest men voor deze optie wanneer men niet tot een EOT-overeenkomst kan komen. Opdat de rechter de scheiding kan uitspreken, moet er aan twee voorwaarden zijn voldaan:

  • De partijen moeten alle twee de wil hebben om te scheiden
  • Er moet sprake zijn van een feitelijke scheiding van meer dan zes maanden (met alle middelen van het recht te bewijzen, bv. uittreksel van het register van de burgerlijke stand, huurovereenkomst, energiefacturen enz.)

Wanneer de partijen dat tweede niet kunnen bewijzen, bijvoorbeeld omdat ze geen bewijsstukken hebben of omdat ze nog niet zes maanden feitelijk gescheiden zijn, kunnen ze wel een herhaald verzoek indienen. Bij het eerste verzoek geven ze dan aan dat ze de wil hebben om te scheiden en minstens drie maanden later drukken ze diezelfde wil opnieuw uit. Het maakt daarbij niet uit of de termijn van zes maanden al dan niet is overschreden: ook dan staat de onherstelbare ontwrichting voldoende vast.

Minstens twaalf maanden feitelijk gescheiden

Wanneer de echtgenoten ten slotte minstens twaalf maanden feitelijk gescheiden leven, hoeven de twee echtgenoten niet samen tot een akkoord te komen. Hier volstaat het met andere woorden dat één van de echtgenoten het verzoek indient, maar die echtgenoot moet dan wel het bewijs leveren dat er sprake is van minstens twaalf maanden feitelijke scheiding.

Geef een reactie