Als verhuurder wil je natuurlijk dat jouw pand in goede handen terechtkomt. Niet alleen hoop je dat de kandidaat-huurder netjes zijn betalingsverplichtingen zal nakomen, maar ook dat hij als een goede huisvader voor de woning zorgen zal. Aangezien de Privacycommissie duidelijke bezwaren heeft tegen een zwarte lijst met huurders, zal je als verhuurder ook zelf de nodige vragen moeten stellen. Ook jij moet natuurlijk rekening houden met privacy- en discriminatieregels.
Screen de solvabiliteit
Voor de ondertekening mag je als huurder nagaan of de kandidaat-huurder over de benodigde inkomsten beschikt om de huurinkomsten te dragen. Aan de kandidaat-huurder vragen om even een loonbriefje voor te leggen, is dan ook geen probleem. De Privacycommissie raadt de kandidaat-huurder dan wel aan om de gegevens van de werkgever onleesbaar te maken. Eventueel kan ook het voorleggen van de rekeninguittreksels gevraagd worden. Wat niet kan: vragen om kopijen, enkel voorleggen en even inkijken dus. Geeft een huurder het document af, dan onderzoek je het maar bezorg je het nadien gewoon terug.
Bovendien mogen de inkomsten ook op regelmaat gecontroleerd worden: indien een groot deel van de inkomsten afhankelijk is van commissies en duidelijk sterk fluctueren, dan kan dat een reden zijn om de woning niet te verhuren. Wat niet mag, is discrimineren op basis van de bron van de inkomsten. Ongeacht of de kandidaat-huurder werkt bij werkgever A of B, of dat de inkomsten afkomstig zijn van werkloosheidsvergoeding of invaliditeitsuitkering, enkel de hoogte en de regelmaat van de inkomsten mogen in afweging worden genomen.
Andere solvabiliteitsvragen zijn in principe niet relevant. Het feit of de huurder al dan niet over een wagen beschikt en wat die wagen kost, mag niet meespelen bij het al dan niet toekennen van de woning. Enkel indien het merk en de nummerplaat van de wagen relevant is, bijvoorbeeld als de huurder ook over een parkeerplaats beschikt waar een toegangssysteem gebruikt wordt, mag die relevante informatie wel opgevraagd worden.
Vragen mag, discrimineren niet
Uiteraard mag je informeren naar de gegevens die de huurder moet identificeren. Dat is natuurlijk belangrijk om de overeenkomst tot stand te doen komen. De naam, het huidig adres en de geboortedatum van de huurder mag je gewoon vragen. Gaat het om een verhuur aan een professional? Dan ben je verplicht om het ondernemingsnummer op te nemen in de overeenkomst en mag je die dus gewoon vragen. Wanneer de woning echter voor privédoeleinden wordt gehuurd, mag je het ondernemingsnummer niet opvragen.
Vragen die aanleiding kunnen geven tot discriminatie (nationaliteit, geboorteplaats, etnische oorsprong, religie, rijksregisternummer, … ), mogen nadrukkelijk niet. Ook vragen naar een uittreksel uit het strafregister mag niet, net zoals het polsen naar de gezondheidstoestand. Op dat laatste is er wel een belangrijke uitzondering: wanneer het gaat om een pand voor andersvaliden is die vraag natuurlijk wel relevant.
Andere vragen die je kán stellen, maar …
Er zijn natuurlijk heel wat andere vragen die de huurder kan stellen. Zo kan de verhuurder informeren naar hoeveel personen de gehuurde woning zullen betrekken en of daar al dan niet bejaarden of kinderen bij zijn.
Ook vragen over huisdieren en het al dan niet roken in de woning, kunnen gesteld worden. Vaak neemt de verhuurder ook gewoon een rook- en huisdierenverbod op in de overeenkomst. Weet echter wel dat dat maar heel moeilijk afdwingbaar is. Bij vergeelde muren of bekraste deuren kan je de schade uiteraard wel gewoon bij de huurder verhalen, eventueel met behulp van de waarborg. Enkel bij hevige overlast of bij het aanbrengen van ernstige schade, kan je de hulp van de rechter inroepen.
Mag een eigenaar weigeren om een woning te verhuren aan een student die voldoende solvabel is?
bedankt voor een antwoord,
Wim