BewijsmateriaalDe burgerPrivacyProces

Drugs op school: zijn controles mogelijk en wat moet je weten?

Indien er een vermoeden is van drugbezit, kan een leerkracht niet zomaar overgaan tot een fouillering. Iedere leerling heeft immers recht op de bescherming van zijn of haar privacy. Zowel de ouders al de leerkracht mogen het kind dus niet zomaar fouilleren. Wanneer en hoe kan een drugs fouillering dan weer wel, kan je preventief fouilleren op drugs en hoe zit het met de verhouding tussen de privacywetgeving en de bepalingen in het schoolreglement? Hieronder geef ik de juridische krachtlijnen weer.

Recht op privacy en de (minderjarige) student

Ieder mens heeft recht op de bescherming van zijn of haar privacy. Dat is zelfs een grondrecht en staat te lezen in artikel 8 van het EVRM. Slechts in een bepaald aantal gevallen kan men zich in de privacy inmengen. Zo moet de inmenging een wettelijke basis hebben en noodzakelijk zijn voor de democratische samenleving. Ten aanzien van minderjarigen is er zelfs een specifieke verankering van het recht op privacy in artikel 16 van het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het kind. Ook ouders kunnen niet zomaar aan dit grondrecht toornen.

Drugs fouillering op school: is het mogelijk?

Bij een drugs fouillering gaat men zintuiglijk speuren in, op of onder de kleding van de student om zo na te gaan of de student al dan niet drugs bij zich heeft. Hierbij maakt men een onderscheid tussen de veiligheidsfouillering en de gerechtelijke fouillering:

  • Veiligheidsfouillering: een fouillering omwille van veiligheidsoverweging, bestaande uit het betasten van lichaam, kledij en bagage;
  • Gerechtelijke fouillering: een fouillering met als doel het opsporen van misdrijven. Het kan verricht worden bij personen die gerechtelijk aangehouden zijn of indien er aanwijzingen zijn dat de persoon in kwestie bewijsmateriaal van een misdaad of wanbedrijf bij zich draagt.

Drugs fouillering op school

In de schoolomgeving kan een gerechtelijke fouillering zich opdringen. Er moeten in dat geval wel ernstige aanwijzingen zijn dat de student drugs bij zich draagt. Het kan hierbij gaan om een betasting van het lichaam, maar ook om de controle van de boekentas en van de schoolboeken.

De school zal voor de drugs fouillering wel beroep moeten doen op de politiediensten. De student kan zich in dat geval niet aan de fouillering onttrekken. Wel is het zo dat artikel 35, § 1 Wet op de Politieambt aanhaalt dat opgehouden personen niet aan de publieke nieuwsgierigheid horen te worden blootgesteld. Leerkrachten, directieleden en andere studenten verlaten dan ook best het klaslokaal en laten de politiediensten hun werk verrichten.

Preventief fouilleren drugs op school

Waar de schooldirectie de politie kan inschakelen om een drugscontrole uit te voeren bij een ernstig vermoeden, geldt dat niet voor het preventief fouilleren op drugs. De louter preventieve drugcontroles schenden het recht op privacy door een gebrek aan de wettelijk vereiste aanwijzingen. Ook de bewijswaarde van de verzamelde drugssubstanties komt zo in het gedrang.

Het voorafgaand inschakelen van drugshonden behoort tot de mogelijkheden. Op die manier kan een vermoeden bekomen worden en een verdere fouillering zich opdringen. In de praktijk zal dat (begrijpelijk) waarschijnlijk weinig prioriteit genieten bij de betrokken politiediensten.

Mag een leerkracht fouilleren op drugs?

Hierover hoeft weinig discussie te bestaan: het controleren op drugs door leerkrachten of directieleden is niet toegestaan. Ook minister van Onderwijs en Vorming Frank Vandenbroucke (2004-2009) gaf dit eerder al aan, toen een school de controle op drugs en tabak in het schoolreglement had opgenomen. Hij maakte duidelijk dat de school niet tot maatregelen kan overgaan zonder de tussenkomst van de politiediensten.

Wel kan de school andere maatregelen treffen en bestaat er een mogelijkheid om een en ander te omzeilen. Zo kan de school in het schoolreglement opnemen dat er bij een vermoeden beroep zal gedaan worden op de politiediensten, maar dat de school in de eerste plaats de medewerking van de leerling zal vragen. Zo kan een student wel vrijwillig instemmen met een onderzoekverrichting door een leerkracht. Deze toestemming moet hierbij voorafgaand, met kennis van zaken en uit vrije wil gegeven worden. Idealiter laat de school de leerling voorafgaand een document ondertekenen waarin het duidelijk zijn toestemming geeft, zonder te toornen aan de vrije wil van de leerling of enige druk uit te oefenen.

Indien de leerling instemt, dient de fouillering beperkt te worden tot een vrij oppervlakkige betasting van de kledij. Herhaaldelijke controles mogen niet. Laat de leerling steeds vrijwillig de jas- en broekzakken, de boekentas, de schoolbank en het persoonlijk kastje vrijmaken en ga pas nadien over tot een enkele oppervlakkige betasting, zo de vrijgave door de leerling niet zou volstaan.

Mag de school de ouders vragen om het kind te fouilleren?

Ook de ouders mogen niet zomaar een kind fouilleren. Het eerder aangehaalde artikel 16 IVRK  en de rechtstreekse doorwerking van artikel 22bis Grondwet impliceert dat een fouillering door de ouders een aantasting kan zijn van het recht op privacy van de minderjarige. Dat is niet alleen het geval indien de fouillering op school gebeurt, maar zelfs wanneer dat thuis zonder kijklustige ogen zou gebeuren.

Urinecontrole op school

In sommige schoolreglementen neemt men een bepaling op die voorziet dat de leerlingen aan een urinecontrole kunnen onderworpen worden. Het gaat om een medische behandeling die de fysieke integriteit van de leerling raakt. De wetgever geeft dan ook duidelijk aan dat de leerling voorafgaand zijn akkoord dient te geven (artikel 8 wet Patiëntenrechten).

Een akkoordverklaring met het schoolreglementen kan gelden als voorafgaand akkoord. Toch blijkt dat reglement al snel dode letter te zijn: de leerling kan op ieder moment zijn toestemming opnieuw intrekken en de urinecontrole weigeren. Enkel indien een leerling vooraf, met kennis van zaken en uit vrije wil zijn of haar toestemming gaf, kan een urinecontrole op school plaatsvinden.

Het vrije karakter van de student zijn of haar vrije wil is hoe dan ook een discussiepunt, gelet op gezagsverhouding. Hetzelfde geldt overigens ook voor de akkoordverklaring met betrekking tot de reeds eerder aangehaalde fouillering. Best zorgt men er dan ook voor dat er geen enkele druk op de student rust en er verschillende getuigen dat kunnen beamen. Indien er sprake is van een paniekreactie of indien de student duidelijk last heeft van de gezagsverhouding, wordt best gekozen voor een onafhankelijke partij of schakel je bij een ernstig vermoeden van drugbezit de politiediensten in. Het is hoe dan ook aangeraden om het eerste gesprek te laten voeren door een op school aanwezige vertrouwenspersoon en dit lang niet alleen om bewijsrechtelijke redenen.

Vormen overigens geen uitzondering op dit principe:

  • Een urinecontrole bij een medische controle door het CLB: het scannen van leerlingen op druggebruik zonder uitdrukkelijke toestemming van de leerling en mits het ontbreken van een uitdrukkelijk leerlingspecifiek pedagogisch project, behoort niet tot de preventieve taak van het CLB;
  • Ouders kunnen hun kind niet dwingen om een urinetest af te leggen en ouders kunnen niet de toestemming in naam van het kind geven, tenzij het kind minderjarig is en geen beoordelingsvermogen heeft.

Geef een reactie