FeaturedInternationaal

Update: smaak geniet geen auteursrechtelijke bescherming

In een eerder artikel had ik het al over de vraag of een smaak al dan niet auteursrechtelijke bescherming kan genieten. Een discussie tussen Levola, de producent van de smeerdip «Heksenkaas», en Smilde Foods, met een gelijkaardige smeerdip genaamd «Witte Wievenkaas», lag aan de basis. Het Hof van Justitie deed nu uitspraak in die zaak.

Zie ook: Geniet een smaak auteursrechtelijke bescherming? Advocaat-generaal Wathelet antwoordde aanvankelijk negatief op die vraag.

Wat ging vooraf?

Het hele relaas lees je in het voorgaand artikel integraal na. Kort samengevat bestond er een discussie tussen de twee aangehaalde producenten. Levola haalde aan dat de concurrent Smilde Foods een product op de markt had gebracht met een identieke smaak en dat zij dus een auteursrechtelijke inbreuk hadden begaan. Hierop had het gerechtshof Arnhem-Leeuwaarden een prejudiciële vraag gesteld aan het Hof van Justitie.

Kan de smaak van een voedingsmiddel auteursrechtelijk worden beschermd?” (prejudiciële vraag gerechtshof Arnhem-Leeuwaarden)

In het advies van advocaat-generaal Wathelet viel reeds te lezen dat men negatief op die vraag moest antwoorden. De redenering luidde dat de huidige technologische kennis het niet toelaat om smaken voldoende nauwkeurig en objectief te identificeren, waardoor er niet voldaan is aan de oorspronkelijke uitdrukkingsvereiste. Terwijl we muziek objectief kunnen vergelijken via een geluidsspectrum, is zoiets bij smaak onmogelijk.

Hij haalt eveneens aan dat smaken te instabiel en te vergankelijk zijn om enige objectieve identificatie van een smaak mogelijk te maken.

De gustibus non est disputandem, over smaak kan niet worden getwist.

Beslissing Hof van Justitie: smaak krijgt geen auteursrechtelijke bescherming

Het Hof van Justitie volgt nu blijkbaar die redenering.

Ook zij haalden aan dat het voorwerp voldoende nauwkeurig en objectief moet worden geïdentificeerd om als een ‘werk’ in de zin van de auteursrechtenrichtlijn te worden aanzien. Hierbij haalt het Hof aan dat de smaak van een voedingsmiddel niet nauwkeurig en objectief kan worden uitgedrukt, waardoor het niet aanzien kan worden als een ‘werk’ in de zin van de auteursrechtenrichtlijn. Het bevestigt de redenering van advocaat-generaal Wathelet.

Volgens het hof is dat het gevolg van het feit dat de smaak van een voedingsmiddel nu eenmaal afhankelijk is van persoonlijke smaakbeleving en -ervaring, stuk voor stuk factoren die subjectief en variabel zijn. Zo zou, volgens het hof, de leeftijd, de consumptiegewoonte en de voedselvoorkeur van de proever invloed kunnen uitoefenen op de smaakvergelijking. Dat maakt het inderdaad maar weinig objectief.

De huidige stand van de wetenschap biedt dan ook geen technische middelen om de smaak van een voedingsmiddel nauwkeurig te identificeren en te omschrijven, waardoor die smaak objectief te onderscheiden zou zijn van andere producten van dezelfde aard.

Volgens het Hof kan de smaak van een voedingsmiddel dus niet als werk in de zin van de auteursrechtenrichtlijn aanzien worden, waardoor het ook niet volgens het auteursrecht kan worden beschermd. Over smaak kan auteursrechtelijk inderdaad niet worden getwist.

Geef een reactie