De burgerOvereenkomsten

Imprevisieleer vindt zijn weg naar het Belgische contractenrecht

Op 1 januari 2023 treedt het nieuwe contractenrecht in werking. Dit is het ideale moment om alvast een aantal zaken toe te lichten. Eerder hadden we het onder meer over de gekwalificeerde benadeling. Deze keer focussen we op de zogeheten imprevisieleer. Dit is misschien wel de belangrijkste wijziging aan het contractenrecht in ons land.

Invoering van de imprevisieleer in het Belgische contractenrecht

De invoering van de imprevisieleer is veruit de belangrijkste vernieuwing van het contractenrecht. Het is namelijk zo dat het Hof van Cassatie tot nu toe altijd de boot heeft afgehouden. Het weigerde steevast om de imprevisieleer te erkennen. Of toch wat het klassieke contractenrecht betreft, want bij overheidsopdrachten wordt de imprevisieleer wel al langer toegepast.

Wat is de imprevisieleer?

De imprevisieleer houdt in dat contracten moeten worden aangepast of moeten worden heronderhandeld indien er zich nieuwe omstandigheden voordoen na de contractsluiting. Dit op voorwaarde dat deze nieuwe omstandigheden ervoor zorgen dat de uitvoering van het contract onredelijk is geworden.

Zoals eerder gezegd, is dit al langer mogelijk in het overheidsopdrachtenrecht. Het heeft er een wettelijke basis gekregen door middel van het KB Uitvoering 2013. Op basis hiervan kan een overheidsopdracht worden herzien als het contractueel evenwicht is ontwricht door omstandigheden die vreemd zijn aan de aanbesteder.

Voorwaarden voor de toepassing van de imprevisieleer in België

Met artikel 5.74 BW zal de imprevisieleer vanaf 1 januari 2023 ook ingang vinden in het Belgische contractenrecht. Hierdoor zal de schuldenaar aan de schuldeiser kunnen vragen om het contract te heronderhandelen bij gewijzigde omstandigheden. Daarvoor moet er wel aan een aantal voorwaarden zijn voldaan:

  • Er moet sprake zijn van een verandering van de omstandigheden
  • Deze verandering moet de uitvoering van de overeenkomst buitensporig bezwarend maken, waardoor de uitvoering ervan naar redelijkheid niet langer kan worden geëist
  • Deze verandering mag op het moment van de contractsluiting niet voorzienbaar zijn geweest
  • Deze verandering mag niet aan de schuldenaar toerekenbaar zijn
  • De schuldenaar mag deze verandering niet voor zijn rekening hebben genomen
  • Het contract mag deze mogelijkheid niet hebben uitgesloten
  • De wet mag deze mogelijkheid niet hebben uitgesloten

Het is met andere woorden mogelijk om in het contract te bepalen dat de imprevisieleer niet kan worden toegepast. Als zo’n uitsluiting niet is opgenomen, kan een van de partijen (indien er aan de voorwaarden is voldaan) ook aan de rechter vragen om het contract aan te passen. Het contract wordt dan aangepast naar wat de partijen redelijkerwijze zouden zijn overeengekomen als ze rekening hadden gehouden met de veranderde omstandigheden. Eventueel kan het contract geheel of gedeeltelijk worden beëindigd. Deze beëindiging vindt ten vroegste plaats op het moment van de gewijzigde omstandigheid. De rechter kan bovendien nadere regels vaststellen.

Geef een reactie