BevoegdhedenDossier coronavirusFeaturedIn de persOrganenStaat & Bestuur

Wat is een volmachtenwet en waarom is het noodzakelijk?

De nieuwe Brusselse regering heeft het Brussels parlement gevraagd om zogenaamde volmachten om de coronacrisis aan te pakken, nadat de Waalse regering al zo’n coronavolmachten kreeg. Verwacht wordt dat ook de federale regering-Wilmès later deze week volmachten zal krijgen. Wat houden zo’n volmachten in en waarom maakt dat de besluitvorming eenvoudiger?

Wat is een volmachtenwet?

In België is er een duidelijke scheiding van de machten. Het parlement is daarbij de wetgevende macht en de regering vormt de uitvoerende macht. De regering kan dan ook geen nieuwe wetten maken en moet handelen binnen de door het parlement uitgezette spelregels. In crisissituaties zorgt dit echter voor een talmende situatie omdat de uitvoerende macht steeds afhankelijk is van de stemmingen in het parlement. Zeker omdat het nu ook nog eens om een minderheidsregering gaat zonder meerderheid in de Kamer is dit geen wenselijke situatie.

Via een volmachtenwet (ook wel een bijzondere machtenwet of een buitengewone machtenwet genoemd) draagt het parlement, binnen een afgebakende materie, zijn wetgevende bevoegdheid over aan de uitvoerende macht. Binnen deze materie mag de uitvoerende macht dan ook wetten wijzigen door middel van Koninklijke Besluiten.

Niet geregeld in de Grondwet

In de Belgische Grondwet is er geen regeling opgenomen omtrent de voorwaarden waaraan voldaan moet zijn voor dergelijke volmachtenwetten. Op basis van de adviezen van de Raad van State en uit de rechtspraak blijkt wel dat het aan een aantal beperkingen onderhevig is.

In de eerste plaats kan het bijvoorbeeld enkel in “bijzondere omstandigheden van crisis”. Wat zo’n bijzondere omstandigheden van crisis zijn, staat niet vast. Het is aan de wetgevende macht om te bepalen wat zo’n crisissituatie is. Zo oordeelde men in 1996 bijvoorbeeld dat er sprake was van een crisissituatie toen België dreigde de Maastrichtnorm, de begrotingsnorm die in het Verdrag van Maastricht werd opgelegd ter invoering tot de euro als munteenheid, niet te halen.

Ten tweede mag de bijzondere volmacht enkel worden toegekend gedurende de duur van de crisis. Deze redelijke duur wordt over het algemeen steeds beperkt tot zes maanden. Ook nu gaat men uit van een termijn van zes maanden.

Bij de bevoegdhedenoverdracht mag men niet in strijd handelen met de Grondwet. In de Grondwet staat bijvoorbeeld dat fiscale materie bij wet moet worden geregeld, waardoor een volmachtenwet de fiscale materie niet mag overdragen aan de uitvoerende macht. Vereist is bovendien dat de overgedragen machten vrij precies bepaald zijn. In de praktijk is er vaak niet helemaal voldaan aan deze eis en kiest men voor een vage of ruime formulering. Zo zal de federale regering nu bijzondere volmachten vragen in de domeinen volksgezondheid, sociale zaken, veiligheid en economie. In de andere domeinen behoudt de wetgevende macht dus wel haar bevoegdheden.

Ten slotte staat het de wetgevende macht vrij om extra voorwaarden te koppelen aan de bijzondere machten, zoals een overleg in de ministerraad of de verplichting om verslag uit te brengen aan het parlement. Hier is er bijvoorbeeld de vraag om samen te komen met de vertegenwoordigers van de partijen die de volmachten steunen.

Hoe gaat dat in de praktijk?

In de praktijk zal de uitvoerende macht wetten kunnen uitvaardigen die de bestaande wetten vervangen. Deze wetten giet men in Koninklijke Besluiten. Er is de gewoonte om deze Koninklijke Besluiten te onderscheiden van andere KB’s door ze apart te nummeren.

Nadat de vastgestelde periode afloopt, kan de uitvoerende macht deze KB’s niet meer wijzigen en valt de bevoegdheid weer volledig onder de wetgevende macht die ze ook nog eens moet bekrachtigen. In de praktijk gaat het louter om een formaliteit, want tot op heden is er nog maar één zo’n KB niet bekrachtigd. Na de bekrachtiging door het parlement nemen ze gewoon de rang van wet aan en kan enkel het Grondwettelijk Hof ze nog toetsen.

Gebeurde het eerder al?

De bijzondere volmachtenwet is zeker geen unicum in ons land. Zoals eerder gezegd werd het vroeger bijvoorbeeld al toegepast om de voorwaarden tot deelname aan de Europese Economische en Monetaire Unie te behalen. Ook bij de economische crisissen van de jaren ’30, ’70 en ’80 werd het al gebruikt om begrotingsproblemen op te lossen. En toen de Mexicaanse griep een pandemie dreigde te worden, werd er preventief een bijzondere volmachtenwet opgesteld. Deze bijzondere volmachtenwet gaf de uitvoerende macht (zo nodig) de bevoegdheid om beroepsgroepen, die niet tot de gezondheidssector behoren, ter ondersteuning op te vorderen of om het leger geneesmiddelen te laten verspreiden. Met de nieuwe volmachtenwet zal de federale regering, gelet op de vier domeinen, ook over dergelijke opties beschikken.

2 reacties

Geef een reactie