Dossier coronavirusFeaturedIn de persInternationaal

Europa wil gecoördineerde corona-exitstrategie voor alle lidstaten

Omdat virussen geen grenzen kennen, wil de Europese Commissie niet weten van een ongecontroleerde exitstrategie waarbij elke lidstaat zijn eigen ding doet. Daarom werd een stappenplan uitgewerkt voor een Europese exitstrategie, een alomvattend herstelplan en “investeringen van een ongekende omvang”. De bedoeling is om een “nieuw normaal” te bereiken en gelijktijdig de duurzame groei herstellen. Dat nieuwe normaal staat daarbij niet gelijk aan de situatie voor de coronacrisis. Bovendien heeft de Europese Commissie ook oog voor de groene economie en wil het lessen trekken uit de coronacrisis.

Wanneer is het tijd om de inperking te versoepelen?

De Europese Commissie geeft aan dat er aan drie criteria moet zijn voldaan vooraleer een lidstaat tot soepelere maatregelen kan overgaan.

In de eerste plaats gaat het om epidemiologische criteria waaruit moet blijken dat de verspreiding gedurende een langere periode aanzienlijk is afgenomen. Daarom is een duurzame vermindering van het aantal nieuwe besmettingen, het aantal ziekenhuisopnames en het aantal patiënten in intensieve zorg noodzakelijk.

Ten tweede moet de lidstaat voldoende gezondheidszorgcapaciteit hebben om een toename van het aantal gevallen na de opheffing van de maatregelen aan te kunnen, maar ook om de combinatie met de uitgestelde gezondheidszorg aan te kunnen. Essentieel is volgens de Europese Commissie:

  • Voldoende bedden op de intensieve zorg
  • Voldoende ziekenhuisbedden
  • Voldoende farmaceutische producten voor de intensieve zorg
  • Een aangevulde voorraad uitrusting
  • Voldoende mogelijkheden tot toegang tot de zorg, met name voor kwetsbare groepen
  • De beschikbaarheid van eerstelijnszorgstructuren
  • Voldoende beschikbaarheid van personeel met de juiste vaardigheden om patiënten te behandelen die uit ziekenhuizen zijn ontslagen of die thuis worden gehouden

Ten slotte moeten de lidstaten over voldoende toezichts- en testcapaciteit beschikken om de verspreiding van het virus blijvend te monitoren, om nieuwe besmettingen op te sporen, om contacten te traceren en om individuen zo nodig af te zonderen. De testcapaciteit moet daarbij voldoende groot zijn en moet in de eerste plaats worden gebruikt om toezicht te houden op het verloop van het virus en pas later om de opgebouwde immuniteit te meten.

Drie basisbeginselen respecteren tijdens de exitfase

Tijdens de exitfase dienen de lidstaten drie basisbeginselen te respecteren.

In de eerste plaats moeten alle beslissingen worden genomen op basis van een wetenschappelijke omkadering en in functie van de volksgezondheid. Het benadrukt wel dat lidstaten bereid moeten zijn om hun strategie aan te passen aan nieuwe wetenschappelijke inzichten. De Commissie erkent eveneens dat de exitfase steeds  door sociale en economische belangen wordt ingegeven en dat is volgens de Commissie ook geen probleem. Het beschermen van de volksgezondheid moet wel het hoofddoel blijven.

Ten tweede is het vereist dat de lidstaten hun maatregelen coördineren, zodat het niet in negatieve gevolgen voor andere lidstaten of in politieke wrijvingen resulteert. De lidstaten moeten elkaar en de Commissie op de hoogte brengen van hun standpunten en zo nodig moeten ze in overleg treden.

Ten slotte benadrukt de Europese Commissie dat solidariteit tussen de lidstaten van essentieel belang is. Volgende initiatieven staan centraal:

  • Het uitwisselen en delen van informatie
  • Het behandelen van patiënten in andere lidstaten bij overbelasting van het zorgsysteem
  • Het sturen van dokters en verpleegkundigen naar andere lidstaten die zwaarder getroffen zijn
  • Het bevoorraden van lidstaten die zwaar getroffen zijn met beschermingspakken, beschermingsmaskers en beademingsapparaten

Begeleidende Europese maatregelen

In ruil voor de inspanningen die de lidstaten voor de dag leggen, zal Europa begeleidende maatregelen treffen. Zo zal het een Europees juridisch kader maken voor applicaties die helpen om de contacten van besmette personen te traceren. Ook wil het de tests harmoniseren en de testcapaciteit mee helpen uitbreiden.

Aanbevelingen voor de corona-exitstrategie

De Europese Commissie heeft op basis van wetenschappelijk advies van het ECDC een lijst met aanbevelingen ontwikkelt die de lidstaten kunnen hanteren om hun eigen exitstrategie vorm te geven. Ook voor de Belgische exitstrategie zijn ze niet onbelangrijk.

In de eerste plaats moeten algemene maatregelen worden vervangen door gerichte maatregelen. Hierbij moeten de meest kwetsbare groepen, zoals ouderen, het langst worden beschermd. Coronapatiënten en mensen met lichte symptomen moeten in quarantaine blijven en er moeten veilige alternatieven komen in plaats van algemene verbodsbepalingen. Zoals het adequaat beschermen van winkelpersoneel in plaats van een algemeen verbod op het openen van winkels. De Europese Commissie benadrukt ook dat regeringen  zelf hun algemene noodtoestand of hun uitzonderlijke volmachten moeten vervangen door gerichte bevoegdheden met een democratische toets, om een bredere acceptatie door het volk te waarborgen.

Ten tweede moet er tussen de opheffing van de maatregelen telkens voldoende tijd zitten omdat het effect pas na verloop van tijd meetbaar is. De Commissie raadt een termijn van één maand aan. Het verwacht dan ook dat het opheffingsproces maanden zal aanslepen.

De opheffing van maatregelen moet bovendien zo lokaal mogelijk gebeuren, maar kan ook lokaal worden aangescherpt in functie van het ziekteverloop. Het is niet de bedoeling dat lidstaten meteen maatregelen opheffen voor het volledig land, maar dat ze daarbij rekening houden met specifieke evoluties in provincies of steden. De opheffing van de maatregelen moet dan ook gebeuren in functie van de lokale evolutie en kan daarbij aan objectief te bepalen waarden worden gekoppeld.

Het openen van de binnen- en buitengrenzen dient vervolgens gefaseerd te verlopen. De binnengrenzen tussen twee landen mogen pas worden geopend wanneer de epidemiologische omstandigheden in de twee landen gelijkaardig zijn en wanneer de regels omtrent social distancing in beide landen goed worden toegepast. Daarbij moeten de binnengrenzen geleidelijk openen, met voorrang voor grensoverschrijdende werknemers en seizoenswerkers. Toeristische verplaatsingen zullen pas als laatste toegestaan zijn. Het openen van de buitengrenzen van de EU zal pas later gebeuren en is mede afhankelijk van de evolutie buiten de Unie.

Het opnieuw opstarten van de economische activiteiten moet geleidelijk gebeuren en bedrijven moeten voldoende tijd krijgen om zich op een veilige manier aan te passen. De Europese Commissie wil daarbij dat nog niet iedereen gelijktijdig aan de slag gaat en dat social distancing  de regel blijft. Het aanmoedigen van thuiswerk moet in voege blijven en de bescherming van kwetsbare groepen moet gegarandeerd blijven. Eventueel kan de productie opnieuw worden opgestart met minder bezetting, waarbij twee groepen perioden van werk en werkloosheid afwisselen.

Samenscholingen zullen stap voor stap opnieuw toegestaan worden. In de eerste plaats wordt er ingezet op het opnieuw openen van scholen en universiteiten. Hierbij moeten de lidstaten gerichte maatregelen treffen, zoals kleinere klassen, het gebruik van e-learning en gespreide lunchpauzes. Daarna volgt de gefaseerde afbouw van beperkende maatregelen voor commerciële activiteiten (bv. stap voor stap meer winkels openen, meer bezoekers toestaan in elke winkel…). Vervolgens kan men pas sociale activiteiten opnieuw gefaseerd toestaan (bv. restaurants en cafés), met beperkte openingstijden en een beperking van het aantal mensen dat gelijktijdig binnen mag.  Als laatste stap kunnen ook massabijeenkomsten weer worden georganiseerd.

Alle inspanningen om de verspreiding van het virus te voorkomen, moet worden voortgezet en de richtsnoeren omtrent social distancing moeten blijven gelden. Het gebruik van niet-medische mondmaskers in het openbaar moet worden aangemoedigd of verplicht worden bij het bezoeken van drukke besloten ruimten zoals het openbaar vervoer of supermarkten. De Europese Commissie benadrukt echter dat dit enkel mag dienen als aanvullende maatregel en niet als vervangende maatregelen van bv. het houden van voldoende afstand.

Ten slotte moeten de maatregelen doorlopend worden geëvalueerd en mag het niet worden beschouwd als een definitieve beslissing. Wanneer het aantal besmettingen opnieuw stijgt, moeten de lidstaten de beperkingen opnieuw aanscherpen. Daarbij moeten ze wel rekening houden met lokale verschillen.

Geef een reactie